1. Bij twijfel: in de koelkast
De kans is groot dat jij geen wijnkelder hebt. Geen paniek! Zoek een plek uit waar het lekker koel is. “Warmte is de grootste vijand van wijn, dus zet je wijn koud. Aangezien koelte de wijn niet aantast is de koelkast de meest veilige plek.”
2. Less is more
“Mensen denken vaak dat hoe duurder de fles is, des te groter het glas moet zijn.” Toch is het niet altijd zo. Zeker niet wanneer het op wijn aankomt. Voor een goed glas wijn geldt: less is more. Grote glazen zijn zuurstofrijk waardoor bepaalde wijnsoorten volledig zoek raken en de smaak vermindert. Als je op zoek bent naar een all-rounder, een glas dat altijd past, is het standaardtype chardonnay-glas de beste keuze.
3. Je hebt geen spectaculaire opener nodig
Vergeet al die dure wijnopeners van merken die we bijna niet kunnen uitspreken en geef er vooral niet té veel geld aan uit. Een simpele opener van een paar euro volstaat zeker. Bij het openen van je fles is het vooral nodig het label er netjes af te snijden en nooit met geweld de kurk uit de fles te trekken. De fles tussen je knieën houden is dus absoluut geen goed idee!
4. Twee gadgets
Op zoek naar de ideale wijngadgets? Dan schaf je het best een wijnhouder en een pomp aan. Als je netjes je wijn horizontaal bewaart en plotseling de fles rechtop tafel zet bij een diner, breng je je wijn helemaal in de war. Dan gebruik je het beste een wijnhouder, het is goed voor de wijn en het geeft een luxueuze toets aan je diner. De wijnpomp daarentegen zorgt ervoor dat je wijn langer goed blijft waardoor je de fles niet in één keer hoeft leeg te drinken. Handig, toch?
5. Wijnnotities
Een gouden tip voor wijnliefhebbers is om de namen van wijnen die in de smaak vielen op te schrijven. Zo kan je niet alleen zelf in de winkel sneller een wijn vinden je lekker vindt, ook is het voor de sommelier bij je eerstvolgende restaurantbezoek zeer handig. “De naam van de maker of het type druif zorgt er al voor dat de sommelier weet wat jij lekker vindt,” aldus Bothwell.
6. Ontwijk het woord ‘droog’
We hebben het allemaal al wel eens gedaan: “Voor mij een droge witte wijn graag”. Hoewel het erg verleidelijk is om te vragen naar een droge witte wijn is het allesbehalve handig. Zo’n negentig procent van de wijnkaart is droog, dus je beperkt je keuze er niet mee. Kies daarom voor het woord body. “Door aan te geven of je een lichte, medium of volle body wilt, weet de sommelier waar je naartoe wilt. Lichte wijnen zijn bijvoorbeeld Sancerre, Chablis en Pinot Noir. Medium zijn Chardonnay en Syrah. Wijnen met een volle body zijn Amerikaanse Chardonnay’s, Bordeaux en Grenache. Bij een volle body hoort vaak een hoger alcoholpercentage en een rijkere smaak.”
7. Leer de taal van de sommelier
Net zoals een ander beroep hebben ook sommeliers vaktermen die ze gebruiken om wijn te omschrijven. Deze termen kennen – en nog beter ze begrijpen is als wijnliefhebber bijzonder handig. Complex betekent dat een wijn veel verschillende smaken heeft. Kernachtig omschrijft een frisse en basische wijn. Intens staat voor een geconcentreerde smaak en aroma. Elegant betekent licht en gebalanceerd. Flamboyant is dan weer fruitig en Opulent is rijk en rond van smaak.
